Leiden 2015 - protestrede 26 november 1940 - 75 jaar
Met dit randschrift is het velletje persoonlijke postzegels getooid.
Het schenkt aandacht aan de protesten op 26 november 1940.
Niet alleen de bekende decaan prof. mr. R.P. Cleveringa hield zijn vermaarde protestrede. Ook de hoogleraren prof. dr. J.A.J. Barge en prof. dr. L.J. van Holk verhieven hun stem.
Bij hun voormalige woonhuizen zijn op 26 november 2014 drie gedenkstenen onthuld, evenals een lezenaar op de binnenplaats van het Academiegebouw van de Universiteit Leiden.
De lezenaar die de drie gedenkstenen als het ware met de universiteit verbindt, werd onthuld door Rector Magnificus prof.mr. Carel Stolker.
De nu ontworpen zegel gedenkt na 75 jaar de memorabele protestredes van drie hoogleraren Cleveringa, Van Holk en Barge.
Zij spraken in een openbaar college op
26 november 1940 hun afschuw uit over
het ontslag van hun Joodse collega’s,
waaronder prof. mr. E.M. Meijers.
Dankwoord
Voor het ontwerp van de zegel verleende de familie van de heren Barge, Cleveringa en Van Holk toestemming en stelden foto's beschikbaar.
Voor het afbeelden van de gedenksteen werd door door de ontwerper Marc de Groot van BamBam Restauratie steenhouwers welwillend toestemming verleend en kon ik beschikken over zijn tekeningen.
Allen ben ik veel dank verschuldigd.
Uitgifte eerste velletje
Het velletje verschijnt op 26 november 2015, precies op de 75-ste gedenkdag.
Herdenkingsenvelop
Hoewel niet gepland verschijnt - op verzoek van veel belangstellenden - op
26 november 2015 ook een herdenkingsenvelop.
Door het ontbreken van een officieel PostNL-stempel - als in de afgelopen vijf jaar - zal de envelop voorzien worden van een eigen stempelafdruk.
In 2010 - prof. mr. R.P. Cleveringa - werd eveneens gebruik gemaakt van een zelf ontworprn stempel.
In het stempel komen de profielen terug die u ook ziet op de persoonlijke postzegel.
Klik op de envelop voor een grotere weergave.
Op de envelop is de zogenaamde 'ariërverklaring' afgebeeld met de postzegel
van prof. mr. E.M. Meijers. Daarnaast ziet u de door de families Barge, Cleveringa en Van Holk beschikbaar gestelde portretten, die de basis vormden van de postzegel.
Het logo van de Universiteit Leiden verbindt alle elementen.
Ariërverklaring (bron: Wikipedia)
De Ariërverklaring was een verklaring die van mensen in bepaalde functies geëist werd in de Tweede Wereldoorlog, waarin iemand moest verklaren geen jood te zijn.
De verklaring werd ingesteld door de Duitse bezetter in Nederland, al binnen enkele maanden na mei 1940. Alle ambtenaren en onderwijzers moesten de verklaring invullen. Op het papier moest men precies aangeven wie zijn ouders en grootouders waren. Tevens moest in de verklaring worden vermeld of ouders of voorouders van joodse afkomst waren, en was men verplicht de verklaring voor echtgenoot of echtgenote in te vullen. Wie onjuiste informatie invulde werd op staande voet ontslagen.
De Duitsers wilden met deze verklaring een inventarisatie maken: zij konden zo precies nagaan wie wel en wie niet joods was. Degenen met joodse voorouders worden binnen korte tijd na het invullen van de verklaring ontslagen. 200.000 Nederlanders moesten de verklaring afleggen en slechts enkele tientallen weigerden.
De verklaring luidde als volgt:
De ondergeteekende, ...........................................
beroep .........................................................................
betrekking .................................................................
geboren den ................... te ....................................
wonende te ...........................................................
verklaart, dat naar zijn/haar beste weten noch hijzelf/zijzelf, noch zijn/haar echtgenoot(e)/verloofde, noch een zijner(harer)/hunner ouders of grootouders ooit heeft behoord tot de Joodsche geloofsgemeenschap.
Aan de(n) ondergeteekende is bekend, dat hij/zij zich, ingeval vorenstaande verklaring niet juist blijkt te zijn, aan onmiddellijk ontslag blootstelt.
......................... , ............................ 1940.
(handteekening)"
Het college van secretarissen-generaal besloot aan deze verklaring mee te werken en ook de Hoge Raad liet geen protest horen tegen deze discriminatoire verklaring. De protestantse kerken in Nederland waren de enigen die protesteerden bij Seyss-Inquart.
Eind november 1940 werden op basis van deze verklaringen ruim 2500 mensen ontslagen.
Het waren deze ontslagen waardoor de protestredes van drie hoogleraren Barge, Cleveringa en Van Holk werden gehouden.
Zij spraken in een openbaar college op 26 november 1940 hun afschuw uit over
het ontslag van hun Joodse collega’s, waaronder prof. mr. E.M. Meijers.
... zeer precies werk bij BamBam Restauratie steenhouwers